Geschiedenis Ocicat
De Ocicat is een vrij nieuw ras, afkomstig uit de VS. Begin jaren 60 werd de eerste spotted Ocicat, het katertje Tonga, geboren in een nestje bij mevrouw Victoria Daly. Mevrouw Daly was een bekende Siamezenfokster. De moeder van Tonga was een kruising tussen een Siamees en een Abessijn, en de vader was een chocolate Siamees. De spotted-tabby vacht van Tonga leek volgens de dochter van mevrouw Daly op die van de Ocelot, (een wilde katachtige uit het zuiden van de VS en Zuid-Amerika), hier ontleent het ras zijn naam aan; Ocicat is namelijk een samentrekking van “Ocelot” en “Cat”.
Mevrouw Daly was er echter niet in geïnteresseerd een nieuw ras op poten te zetten. Tonga werd verkocht en gecastreerd.
Na verloop van tijd veranderde mevrouw Daly van gedachten. Ze vond het toch wel wat hebben; deze kat die zo leek op zijn wilde soortgenoten, maar die qua karakter het tegendeel was.
Ze gebruikte dezelfde combinatie nog een keer en opnieuw werd een prachtig spotted katertje geboren met de naam Dotson. Hij is de basis geworden van dit nieuwe ras.
Inmiddels toonden een paar andere fokkers ook interesse. Langzaam maar zeker begon de opbouw van het kattenras dat ‘de Ocicat’ zou gaan heten.
Later hebben een aantal fokkers de American Shorthair in het ras ingebracht. Dit ras is verantwoordelijk voor de stevige bouw, het opvallende gewicht en het zilvergen bij de Ocicat. Het duurde echter tot de jaren 80 voordat de Ocicat een geaccepteerd ras werd in de VS. De FIFe volgde in 1992 met de erkenning van het ras, dit dankzij een aantal Europeese fokkers die een aantal katten uit de U.S.A. hadden geimporteerd.
Tegenwoordig is de Ocicat niet meer weg te denken en is het een populair kattenras geworden.
Geschiedenis Ocicat
De Ocicat is een vrij grote kat met een karakteristiek spotted patroon. Ze zien er uit als wilde katten, atletisch en gespierd. De spots hebben de grootte en vorm van een duimafdruk en moeten zoveel mogelijk goed verdeeld zijn over het lichaam. De poezen wegen gemiddeld 3,5 tot 5 kg, de katers kunnen tussen de 6 en 8 kilo wegen. De Ocicat ziet er elegant en slank uit, maar tilt men hem op, dan is hij verrassend zwaar. De achterpoten zijn iets langer dan de voorpoten.
Kleuren Ocicat
De volgende kleuren zijn erkend bij de Ocicat: black spotted (tawny), blue spotted, chocolate spotted, lilac spotted, cinnamon spotted en fawn spotted met en zonder zilver.
Wit is alleen toegestaan bij kin en lippen.
Karakter Ocicat
Het karakter van de Ocicat is bijzonder. Ze zijn trouw aan hun baasje, intelligent, lief, aanhankelijk en op mensen gericht. De Ocicat is actief, speels en nieuwsgierig, maar ze hebben de gewoonte diep na te denken voor ze in actie komen. In de Ocicat vindt de eigenaar een bijzonder trouwe vriend.
De Ocicat kan zichzelf goed vermaken, maar hij vindt het door zijn sociale karakter niet fijn om hele dagen alleen gelaten te worden. Indien u veel van huis bent is het beter om er een tweede kat bij te nemen. Een Ocicat kan soms wat dominant zijn, hierdoor zijn niet alle kattenrassen geschikte huisgenoten. Sommige katten kunnen de starende blik van de Ocicat nogal imponerend vinden. De Ocicat kan met verschillende huisdieren opschieten, zo ook met een hond, zeker als hij dat van kleins af aan gewend is.
De Ocicat kan goed met kinderen overweg; door hun verdraagzame, lieve geduldige karakter zijn ze geschikt als gezinskat.
Door zijn intelligentie kun je de Ocicat “truukjes aanleren.” De meeste Ocicatten hebben er geen moeite mee om bijvoorbeeld te leren apporteren. Ook kun je de Ocicat vaak leren om aan een lijn te lopen. De Ocicat beschikt over een groot aanpassingsvermogen, hij voelt thuis in een flat zowel als in een groot huis. Indien de Ocicat niet naar buiten kan is het wel zaak te zorgen voor voldoende beweging door regelmatig met hem te spelen, ook een grote krabpaal zal de Ocicat zeker waarderen. Verder zijn “uitkijkplekjes” naar buiten leuk voor de Ocicat, zoals op de vensterbank.
Rasstandaard Ocicat
Algemeen
Uiterlijk
De Ocicat is een middelgrote, goed gevlekte agouti kat van gemiddeld type. De kat moet er atletisch uitzien: goed gespierd en solide, sierlijk en lenig, maar wel met een goed gevuld lichaam en borst. Hij reageert alert op zijn omgeving en vertoont grote vitaliteit.
Deze krachtige, atletische maar elegante, gevlekte kat is vooral bekend om zijn “wilde uiterlijk.”
Formaat
Middelgroot.
Vorm van de kop
De schedel is matig wigvormig en vertoont een lichte buiging van de snuit naar de wangen, met een zichtbare, maar zachte welving van de brug van de neus naar de wenkbrauwen.
Snuit
Breed en duidelijk begrensd, met de suggestie van een rechthoek, vertoont van opzij gezien een goede lengte.
Kin/kaken
Sterk met een stevige kaak en met een goed op elkaar passend gebit.
Snorhaar kussens
De matige “whisker pinch” is niet te diep.
Nek
De kop wordt elegant gedragen op een gebogen nek.
Oren vorm
Vrij grote oren, wijd uiteen geplaatst, de contouren van de kop volgend. De oren maken een hoek van 45° ten opzichte van een horizontale lijn. Pluimpjes zijn gewenst.
Plaatsing
Wanneer er een denkbeeldige horizontale lijn boven de wenkbrauwen word getrokken moeten de oren in een hoek van 45° staan, niet te hoog en niet te laag geplaatst.
Ogen vorm
Groot, amandelvormig, en iets schuin geplaatst met meer dan een ooglengte ruimte tussen de ogen.
Kleur
Alle oogkleuren behalve blauw zijn toegestaan.
Lichaamsbouw
Vrij lang, solide, vol en met diepte, maar nooit grof.
Stevige bot- en spierontwikkeling, maar met een atletisch uiterlijk.
Een vrij diepe borst met iets uitstekende ribben.
De rug is vlak tot iets hoger aan de achterkant, en de zijden zijn redelijk vlak.
Poten
Middellang, stevig en goed gespierd; krachtig en in de juiste verhouding tot het lichaam. De achterpoten zijn iets langer dan de voorpoten.
Voeten
Ovaal en compact, de maat in verhouding tot de poten. staart
Vrij lang, matig slank, enigszins taps toelopend.
Vachtstructuur
Kort, zacht en satijnachtig van structuur met een schitterende glans; dicht, glad aanliggend en glanzend, maar lang genoeg om ruimte te geven aan de nodige kleurbanden (ticking), er moet geen neiging zijn naar wolligheid of lengte. kleur
Alle kleuren moeten duidelijk en aangenaam zijn.
De lichtste kleur bevindt zich meestal op het gezicht rond de ogen, op de kin en onderaan de kaken. De donkerste kleur bevindt zich op de staartpunt. Om de juiste vachtkleur te bepalen is de kleur van de staartpunt beslissend. Contrast wordt apart beoordeeld.
Ticking
Alle haren, behalve de staartpunt, hebben banden. Binnen de tekening hebben de toppen van de haren een donkerder kleur, terwijl bij de haren in de grondkleur de toppen een lichtere kleur hebben.
Tekening
De duidelijke tekening moet van alle kanten goed zichtbaar zijn.
Op gezicht, poten en staart mogen ze donkerder zijn dan op het lichaam.
De grondkleur mag donkerder zijn aan de bovenkant van de rug (het zadel) en lichter aan de onderkant, de kin en onderaan de kaak.
Voor een onduidelijke en vage tekening zouden strafpunten gegeven moeten worden, hoewel niet vergeten moet worden dat de lichtere kleurvariëteiten minder contrast vertonen dan de donkerder kleuren.
Handige katten links:
