Geschiedenis Abessijn
De Abessijnen komen van oorsprong uit de woestijn van Ethiopië, in die tijd Abessinië geheten. De Egyptenaren, in de tijd van pharao’s en piramidebouwers, vereerden boven alles de zon (de god Aton) Hij was de hoogste van alle goden, de vader van de pharao, de schepper der dieren, beschermer van de oogst. De zonnegodin werd afgebeeld als een kat, die als twee druppels water lijkt op de tegenwoordige Abessijn.
Wie Egypte kenner is weet dat de scarabee (mestkever) het symbool was van de vruchtbaarheid. Het is daarom niet verwonderlijk dat de Abessijn, die op hun kop het teken van een scarabee weergeven, in het vroegere Egypte vereerd werden. Ook het karakter van de Abessijn, liefhebben en zonaanbidden, gaven daar aanleiding toe. Wetenschappelijk onderzoek heeft de afkomst van de Abessijn niet onomstotelijk kunnen vaststellen.
abessijn kittenDe gelijkenis in uiterlijk en lichaamsbouw tussen de hedendaagse Abessijn en gemummificeerde katten die bij opgravingen in Gizeh aan het licht zijn gekomen, is dan ook treffend. Ook vele afbeeldingen en beelden vertonen veel overeenkomsten met de Abessijn zoals wij die nu kennen. Wat in elk geval vaststaat, is dat de allereerste Abessijnse kat in 1868 door veldmaarschalk Sir Robert Napier uit Ethiopië (Abessinië) mee naar Groot- Brittannië werd genomen. Deze kat, Zula genaamd, vertoonde de typische ticking in de vacht, maar verder leek de kat in de verste verte niet op een Abessijn. Volgens de Engelsen is Zula de stamouder van alle huidige Abessijnen en door zorgvuldige kruisingen met nauw geselecteerde inheemse Engelse katten geworden tot de huidige Abessijn.
Eigenschappen Abessijn
Behalve zijn indrukwekkende sierlijke en aderlijke lichaamsbouw heeft de Abessijn nog een prachtige uiterlijke eigenschap, n.l. zijn vacht. Deze wordt gekenmerkt door een dubbele of zelfs driedubbele bandenmarkering in elke afzonderlijke haar, waarin zwart, rossig en zandkleur elkaar afwisselen. Dit was de oorspronkelijke kleur (wildkleur).
Tegenwoordig zijn er meerdere kleuren onder de Abessijnen. Enkele daarvan zijn buiten de wildkleur: Sorrel, Blauw, Zilver, Chocolate en Fawn, om maar enkele bekende kleuren te noemen. De Abessijn is een kortharig soort. De Abessijn heeft een gespierd, stevig en lenig lichaam. De poten zijn naar verhouding slank. De sierlijke voetjes zijn klein en ovaal.
De kop is breed en gematigd wigvormig, de neusrug vertoont een lichte welving. De amandel-vormige ogen zijn schuin in de kop geplaatst. De relatief grote oren zijn laag aangezet, zijn breed aan de basis en lopen puntig toe.
Deze kat werd gekruisd met een Siamees om de Ocicat te krijgen.
Karakter Abessijn
De zon kan men steeds weer in verband brengen met de Abessijn. De zon die hun vacht gevangen schijnt te houden. De zon staat ook in hun karakter. Er is volgens ons geen vrolijker, warmer of zonniger kattenras denkbaar. De intelligentie bij de Abessijn ligt hoger dan bij andere katten, het zijn persoonlijkheden, niet hooghartig, erg elegant, opgewekt maar niet luidruchtig aanwezig. Zij knuffelen graag en zijn trouwe vrienden, dus kameraden voor het leven.
Leefomgeving:
De Abessijn is zeker geen gewone huiskat. Hij is beweeglijk, supersnel, een gezelschapsdier en erg ondernemend. Opgesloten worden in een klein kamertje daar kan hij absoluut niet tegen en zal zeker wegkwijnen. Ook alleen zijn is voor de Abessijn niet aan te bevelen. De Abessijn zal een onderdeel gaan vormen van uw gezin en wil zijn leven dan ook met het gezin delen. Hij betrekt het hele gezin in zijn spel en dolt graag in de ruimste zin van het woord zonder vervelend of luidruchtig te zijn. De Abessijn hecht heel erg aan zijn baas, meer nog dan aan zijn woonomgeving. De Abessijn zit graag hoog en klimt met veel plezier in een sisalpaal, maakt niet uit hoe hoog deze is, hij gaat helemaal naar boven.