Geur is in de wereld van de kat heel belangrijk. De neus van de kat is een sterk ontwikkeld zintuig waarmee heel wat belangrijke informatie wordt opgenomen. Een kat heeft in zijn neus zeventien miljoen zenuwcellen, dat zijn er heel wat. Katten verspreiden op diverse manieren geur om informatie door te geven. Welkom in de boeiende wereld van de kattengeur!
Territoriumdrang en sproeien
Een kat beschikt over een eigen territorium. Het is voor een kat heel belangrijk om in het bezit te zijn van een eigen gebied waar hij zich thuis voelt. Dit territorium bakent hij ook af voor soortgenoten, de zogenaamde indringers. Dat doet je kat door te sproeien. Dit sproeien ziet er heel anders uit dan normaal urineren. Bij het sproeien blijft de kat rechtstaan, trilt hij met zijn staart en urineert hij al sproeiend kleine hoeveelheden urine op struiken of verticale voorwerpen. Op die manier brengt poeslief geurvlaggen aan op de plaatsen die hem toebehoren. Een vreemde kat zal dit ruiken en merken dat het gebied al bezet is door een soortgenoot. Het gebeurt ook vaak dat de kat de geur van een concurrent ruikt en die plek ‘overmarkeert’ door er overheen te sproeien. Sproeien doet een kat normaal gezien enkel buiten.
Wanneer een kat toch binnen sproeit, is er een andere, vaak emotionele, reden voor. Je kat kan zich onzeker of bedreigd voelen, bijvoorbeeld door een verandering in huis of de komst van een ander huisdier. In dit geval moet er gewerkt worden aan de onderliggende oorzaak om het probleem aan te pakken. Sproeien is voor de kat een vorm van communicatie. Niet enkel om zijn gebied af te bakenen, maar ook om aan te kondigen dat hij of zij seksueel beschikbaar is. Daarom dat ongecastreerde katten vaker sproeien dan gecastreerde katers. Maar ook kattinnen kunnen sproeien. Dit zijn maar een paar voorbeelden van gedrag dat een kat op liefdespad kan vertonen.
Onaangename geuren is wel een van de redenen dat het beter kan zijn om je kat niet op je bed te laten slapen.
Kopjes geven
Katten hebben op hun kin, lippen, kop, staartwortel, voetzooltjes en achter hun oren speciale geurklieren zitten. Deze klieren scheiden een bepaalde geur af die uniek is voor elke kat. Je zou dus kunnen zeggen dat deze geur het ‘visitekaartje’ is van je pluizige viervoeter. Je kat verspreid deze geur door kopjes te geven aan alles en iedereen die hem toebehoren: de meubels, voorwerpen in het huis, maar ook zijn mensen. Hij wrijft er zijn geurklieren tegenaan om het zich ‘eigen’ te maken.
Voedsel ‘keuren’
Bij het eten is geur onmisbaar voor je kat. Een kat zal eerst ruiken of het voer wel degelijk te vertrouwen is. Wanneer een kat verkouden is en niet meer kan ruiken, is het mogelijk dat hij om die reden zijn voer weigert. Dus niet omdat hij geen honger heeft maar omdat de geur van het voedsel niet sterk genoeg doordringt. De reuk- en smaakorganen zijn nauw met elkaar verbonden doordat de neusholte uitkomt in de bek van de kat. In dat geval kan je iets sterk ruikend aanbieden om te eten zoals vis of gebakken lever. Een kat kan bijvoorbeeld ook weigeren om een nieuwe kattenbak te gebruiken omdat deze nog vreemd en niet vertrouwd ruikt.
Flehmen
Flehmen is een gewoonte die enkel bij katten voorkomt. Het is aangeboren gedrag. Katten die een interessante geur ruiken, zetten hun bek halfopen en ‘proeven’ op die manier de lucht. In het gehemelte van je pluizige viervoeter bevindt zich namelijk een speciaal orgaan, ‘het orgaan van Jacobsen’. Dit analyseert de geur die de kat heeft opgepikt. Poeslief staat ondertussen maar verstijfd voor zich uit te staren. Het is toch maar een gek zicht, een kat die flehmt! Ook kittens van vier weken kunnen al flehmen. Omdat geur sterk samenhangt met seksualiteit is dit vaak een teken dat de kitten vroegrijp is. De geurstoffen die een belangrijke rol spelen bij de voortplanting, de feromonen, worden namelijk ook opgepikt met dit orgaan.